We kwamen met enige moeite ons bed uit… stijf, spierpijn en kniepijn… maar toch was het een geweldige tocht gisteren!
We hadden besloten om vandaag naar het Zuiden te rijden en te kijken hoever we kwamen – als we eerder de auto terug kunnen brengen – hebben we een paar extra dagen op het strand!
We ruimen de klamboe op, pakken de tassen in (dat wordt een steeds grotere uitdaging! En stappen in de auto, we willen niet dezelfde snelweg terug, dus besluiten tot ‘rode wegen’ op de kaart, een beetje binnen door. Eerst nog een stuk naar het westen – het blijkt dat we door een ntauurpark rijden – letterlijk (al hoeven we gelukkig geen toegang te betalen!). Het is werkelijk prachtig – er zijn diverse watervallen langs de kant van de weg, maar als we uit de auto stappen om te wisselen en misschien toch een kijkje te nemen – voelen we onze spieren weer en besluiten dat toch niet te doen… gelukkig hebben we een automaat!
Bochtige en steile wegen, prachtige vergezichten en Groen, Groen, groen en groen. Om de paar honderd meter staan er bordjes ‘opgepast voor overstekende olifanten’ en je ziet inderdaad de paadjes door het bos lopen, waarvan we denken dat die wel bij olifanten passen… we hopen dat we er wellicht eentje zien, maar de wijze dieren besluiten vanochtend toch maar ver van de grote weg te komen. We rijden zeker 2uur door het park, Paul neemt het na een uurtje over en we blijken daarna weer naar beneden te gaan – in low gear, want het is echt steil.
Gammele (zo zag het eruit tenminste) brug was wel een verrassing – werkzaamheden in uitvoer – en natuurlijk kwamen we zonder problemen aan de overkant.
Het was echt een route om aan te raden, als je nog eens in Noord Thailand met de auto moet rijden!
In een dal rijden we dan tenslotte naar het zuiden, de bergketens links en rechts van ons, maar op iets te grote afstand om er echt veel van te zien, in eerste instantie. Nog steeds zijn de wegen mooi, na een eerste stukje met veel gaten (wat het doorrijden wel risicovol maakt, en ik moet regelmatig afremmen & rare manoeuvres uithalen), gaan we door op de snelweg – dat is soms een tweebaans weg, maar vaak ook gewoon een baan waar je moet inhalen via de andere kant.
We eten in een grote stad, vlakbij een tempel die ik nog wel wilde bezoeken, maar als we de balans opmaken denken we dat we vandaag Ayuthaya ruim voor donker kunnen halen – dan kunnen we morgen de auto inleveren. Er is een risico dat het wel donker is, maar dan kennen we Ayuthaya al, dus dat is dan ook geen probleem…
En dus stappen we weer in de auto, wisselen af na elke 80km en stoppen hier en daar op een tankstation etc. De laatste 80 km is een doorsteek naar Ayuthaya, de TomTom zegt dat we hier 2uur over doen, we denken dat dat dat toch wel mee zou vallen – echter het blijkt een industriele omgeving, met afgravingen en industrie (alles tussen het groen van de rijstvelden btw) en er rijden enorm veel vrachtwagens, echt heel veel, en die komen slecht vooruit, dus ga je toch inhalen, hoewel het zo’n stroom van vrachtwagens is dat er gewoon geen eind aan komt en die moeite eigenlijk weinig zin heeft.
We komen weer op bekend terrein als we Ayuthaya naderen, en komen precies voor donker aan. Het is weer plakkerig warm in deze stad. We nemen hetzelfde hotel en een kamer met AirCon, want we moeten echt ons best gaan doen met inpakken!
We bellen eerst ThaiRentACar om door te geven dat we eerder de auto inleveren. Dat is geen probleem.
Onder het genot van een drankje en wat eten zoeken we op dat het mogelijk moet zijn bagage op het internationale vliegveld achter te laten, voor 100B per dag. Dat is wel de moeite waard, met alle matten en dekens die we meesjouwen! En dan kunnen de bergschoenen ook achter blijven. We lopen nog een paar keer de straat op en neer (en soms een ander blokje om) om onze spieren wat beweging te gunnen, alhoewel mijn linkerknie nog het meest gebaat lijkt bij weinig beweging!
We sorteren alle bagage en pakken het meeste in. Om de flightbacks te kunnen gebruiken voor de busreis straks, besluiten we morgen ochtend op de markt nog op zoek te gaan naar een tas… het moet wel een grote worden!
Tenslotte vallen we moe in slaap – het is toch wel weer een inspannende dag geweest, maar we zijn flink opgeschoten!
Leave a Reply